We lezen u voor uit de geestelijke brief afkomstig uit de abdij Saint-Joseph de Clairval over de Heilige Jozefmaria Escrivá.
Iemand vroeg eens aan een priester: “Waarom hebben ze u voor gek uitgemaakt?” “Denk je niet”, antwoordde hij, “dat het een beetje gek is midden op straat te beweren dat men heilig kan en moet worden, dat hij die in een wagentje ijs verkoopt, de bediende die zijn tijd in de keuken doorbrengt, de bankdirecteur, de docent aan de universiteit en hij die op het platteland werkt, en hij die koffers op zijn schouders laadt, heilig moeten en kunnen worden? Zij zijn allen geroepen tot heiligheid! Het laatste Concilie (Vaticanum II) heeft het nu ook gezegd, maar destijds, in 1928, kwam niemand op het idee. Het was dan ook logisch dat men dacht dat ik gek was…” Die priester was de Zalige Josemariá Escrivá de Balaguer.
– Uit de inleiding van de brief van Abdij Saint-Joseph de Clairval over de Zalige Jozefmaria Escrivá, ondertussen ook heilig verklaard