24 mei 2025 ✝ Zaterdag in de 5e week van Pasen

Lezingen

Evangelielezing

Lezing

Hymne

751

Psalmen

866

Lauden

Hymne

752

Psalmen

871

KS

485

Middaggebed

Hymne

764

Psalmen

875

KS

430

Vespers

Hymne

748

Psalmen

878

KS

486

Completen

Hymne

682

Psalmen

1201

Eerste lezing

Hand. 16,1-10

In die dagen kwam Paulus te Derbe en Lystra. Er was daar een leerling, Timoteüs genaamd,
de zoon van een gelovig geworden joodse vrouw, maar van een Griekse vader.
Omdat hij een goede naam had bij de broeders van Lystra en Ikonium,
wenste Paulus hem als reisgezel. Omwille van de Joden die in die streek woonden,
liet hij hem besnijden, want iedereen wist dat zijn vader een Griek was.
In de steden waar zij doorkwa­men, kondigden zij voor de gelovigen de besluiten af,
die genomen waren door de apostelen en oudsten in Jeruzalem.
Zo werden de gemeenten versterkt in het geloof en ze namen met de dag in omvang toe.
Daarna trokken ze door Frygië en de landstreek Galatië, omdat zij door de heilige Geest ervan weerhouden waren het woord te verkondigen in Asia.
In Mysië gekomen maakten zij aanstalten om naar Bitynië te reizen, maar de Geest van Jezus stond hun dit niet toe.
Zij trokken dus door Mysië en gingen naar Troas.
Daar had Paulus ’s nachts een visioen; er stond een Macedoniër voor hem die hem smeekte:
‘Steek over naar Macedonië en kom ons te hulp.’
Na zijn visioen zochten wij onmid­dellijk een gelegen­heid om naar Macedonië te vertrek­ken,
want we maakten er uit op, dat God ons geroepen had om hun het Evangelie te verkondigen.

Antwoordpsalm

Psalmen 100(99),1-2.3.5

Juicht voor de Heer, alle landen
dient met vreugde de Heer,
treedt onbezorgd voor zijn Aanschijn.

Waarlijk de Heer is God.
Hij is de Schepper en Meester,
wij zijn kudde zijn volk.

Hij is ons goed gezind,
eindeloos is zijn erbarmen,
trouw van geslacht op geslacht.

Evangelie

Joh. 15,18-21

In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: Als de wereld u haat,
bedenkt dan dat zij Mij eerder heeft gehaat dan u.
Als gij van de wereld zoudt zijn, zou de wereld liefhebben wat haar toebehoort. Daar gij echter
niet van de wereld zijt, maar Ik u uit de wereld heb uitgekozen, daarom haat de wereld u.
Herinnert u wat Ik gezegd heb: een dienaar staat niet boven zijn heer. Als ze Mij vervolgd hebben,
zullen ze ook u vervolgen. Als ze mijn woord onderhouden hebben, zullen ze ook het uwe onderhouden.
Maar dit alles zullen zij u vanwege mijn Naam aandoen, want Hem die Mij gezonden heeft, kennen zij niet